Ceder (Cedrus Libani) - houtsnippers - 25 gram
- Nederlandse naam: Ceder
- Botanische naam: Cedrus libani
- Eigenschappen: Geeft gevoelige mensen een dikkere huid. Ceder werkt versterkend, is opbouwend, verhelderend en harmoniserend. Bovendien is Ceder een zeer goed anti-mottten middel.
Ceder - Cedrus libani
De Libanon Ceder (Cedrus libani) is een boom uit de dennenfamilie (Pinaceae). Oorspronkelijk komt de boom uit Libanon en is tevens inheems in het Middellandse Zeegebied, Marokko, Syrië en Zuidoost-Turkije. Tegenwoordig wordt de boom veel aangeplant als sierboom in parken en tuinen. De Ceder is een altijd groene machtige boom met pyramidevormige kroon die behoort tot de familie der naaldbomen, Pinaceae. Ceders kunnen tot 40 mtr. hoog en zeer oud worden.
Van de beroemde uit de bijbel bekende Libanon Ceder, Cedrus libani, staan in het Libanongebergte nog maar ± 400 stuks waarvan enige ruim 2500 jaar oud zijn. Gebergten in de Oriënt waren duizenden jaren geleden begroeid met reusachtige Ceder wouden. De naam Ceder is afgeleid van het Arabische woord 'kedron' of 'kedra' wat 'macht' betekent.
In het oude testament werd de Ceder als symbool voor schoonheid, jeugd en macht beschreven, hij gold als een koninklijke boom.
De Ceder is overal zeer gewaardeerd. Hindoes beschouwen de boom dan ook als heilig. Cederbossen worden in verschillende epische en Shaivistische teksten genoemd als de woonplaats van de god Shiva. Aanhangers van deze god beschouwen deze bossen als heilige grond en een goede plek om te mediteren. Ook is de Ceder de nationale boom van Pakistan.
Het hout van de Ceder heeft een grote hardheid en fijne textuur. Omdat het makkelijk breekt is het niet geschikt voor fijn handwerk. Het wordt wel in constructies als bruggen of huizen gebruikt en, in India met name, in de bouw van tempels.
Het binnenste hout is geurig en wordt gebruikt als ingrediënt in wierook. De olie die uit het hout getrokken houdt insecten op afstand en wordt gebruikt om lastdieren in te smeren. De olie wordt ook gebruikt in de Ayurvedische geneeskunde, waarin ze gezien wordt als middel om de spijsvertering te stimuleren, hoest te verlichten en huidaandoeningen te genezen.
De Egyptenaren importeerden Cederhout en andere Cederproducten waarschijnlijk uit Libanon. Het harde en welriekende hout werd door de pharao`s gebruikt voor de bouw van hun schepen, graven, paleizen en tempeldaken. Cederolie en Cederhars vonden o.a. toepassingen bij het balsemen van de doden en als geneesmiddelen. Bovendien werd uit het hout een teer gewonnen wat ter afdichting diende.
