Veenreukgras (Sweet Grass) - Gesneden - 25 gram
- Nederlandse naam: Veenreukgras
- Engels: Sweet Grass, Holy Grass
- Botanische naam: Hierochloë odorata (Poaceae)
- Plantdeel: Blad en Halmen
Veenreukgras is geschikt om te branden als smudge-kruid tijdens rituelen en ceremonies. Veenreukgras wordt gebruikt om positieve energie te creëren en negatieve energie te verdrijven.
De rook wordt gebruikt om gebeden te vergemakkelijken, genezing te bevorderen en om zegeningen te schenken. De aangename aroma's zorgen voor een gevoel van welzijn, rust en comfort. De geur is zacht en zoet.
Veenreukgras wordt door de Native Americans "het haar van Moeder Aarde" genoemd. In het sjamanisme wordt het vaak na het smudgen met Witte Salie gebruikt, om positieve energieën dan wel goede Spirits uit te nodigen.
Veenreukgras heeft een zachte, bijna slaapverwekkend effect en voor velen is dit een handig hulpmiddel om in een meditatieve staat te raken. Cumarine, hoewel niet bekend als stof welke psychotrope effecten geeft, is in een aantal kruiden die voor rituelen worden gebruikt aanwezig. Er is sterk anekdotisch bewijs dat het minstens milde psychotrope eigenschappen bezit.
Veenreukgras - Hierochloe odorata
Veenreukgras (Hierochloe odorata, synoniem: Anthoxanthum nitens) is een vaste plant die behoort tot de grassenfamilie (Gramineae of Poaceae). Hierochloë is afgeleid van het Griekse woord hieros (gewijd of heilig) en chloa (gras), dus heilig gras. Odorata betekent "zeer welriekend". De plant heeft een toffee-achtige (coumarine) geur.
De soort staat op de Nederlandse Rode lijst van planten als vrij zeldzaam en matig afgenomen. De plant komt van nature voor in noordelijk Eurazië en Noord-Amerika. In Nederland komt de plant vooral voor in Noord- en Zuid-Holland en Utrecht.
De plant wordt 20-80 (soms tot 120) cm hoog en heeft ver kruipende wortelstokken. Op de knopen van de wortelstok staat per knoop één (soms twee) vegetatieve stengel of een vrij korte bloeistengel. De bladeren van de bloeistengel zijn enkele centimeters lang, maar die van de vegetatieve stengel tot 30 cm lang. De bladeren zijn aan de onderkant onbehaard en glanzend. De bovenkant van het blad is dof en verspreid behaard. Het tongetje (ligula) is 2-4 mm lang.
Veenreukgras bloeit van april tot juni met wijde pluimen. De takken van de pluim zijn heen en weer gebogen. De aan de voet groene of paarse en naar boven toe goudbruine, driebloemige aartjes zijn 3,5-5 mm lang. De vliezige, bootvormige, eironde kelkkafjes zijn ongeveer even lang als het onderste kroonkafje (lemma) van de mannelijke bloemen en hebben een onregelmatig getande top. De onderste, 2,8 en 3,3 mm lange kroonkafjes van de vruchtbare bloem zijn korter dan die van de twee mannelijk, steriele bloemen. De onderste kroonkafjes zijn min of meer behaard.
De vrucht is een graanvrucht. De plant komt voor op natte, matig voedselarme grond in gras- en rietlanden, langs het water en bosjes.
Gebruik
Veenreukgras werd vroeger in Noord-Europa op heiligendagen voor kerkdeuren gestrooid, waarschijnlijk vanwege de geur die het verspreidde. In Frankrijk werden de planten gebruikt als smaakstof in snoep, tabak, limonade en parfums. In Rusland werden de planten gebruikt als smaakstof in thee en nu nog in wodka. In Polen wordt de soort gebruikt in Żubrówka, Poolse wodka. De Indianen in Noord-Amerika gebruiken de plant bij rituelen en maken van de lange bladeren manden.